Er zijn bepaalde zaken in de Bijbel waarbij ik moeite heb om aandachtig te lezen. Een voorbeeld daarvan zijn de lijsten met eigenschappen of handelingen van goede christenen zoals we die vaak bij Paulus terug vinden. Het gevolg daarvan is dat ik daar vaak diagonaal over lees en geen nieuwe inzichten krijg.
Gelukkig lees ik nog andere dingen. Zo wees N.T. Wright me gisteren in zijn boek Surprised by Hope op het laatste zinnetje van Romeinen 1: “En hoewel ze het vonnis van God kennen en weten dat mensen die dergelijke dingen doen de dood verdienen, doen ze dit alles toch. Sterker nog, ze juichen het zelfs toe dat anderen het ook doen.” Daar lees ik over. Ik zie een lijst met dingen die je wel of niet mag doen, maar ik zie niet dat Paulus de aandacht vestigt op een gigantisch probleem.
Om het met de woorden van N.T. Wright te zeggen:
It’s one thing to be lured into sin, quite another to change the moral compass and call good evil and evil good. And this cast of the mind links directly to the major command of 12:1: do not be conformed to this world, but be transformed by the renewal of your minds. This is inaugurated eschatology; this is what the resurrection looks like when it comes forward into the moral life of the person of faith.
N.T. Wright, Surprise by Hope: Rethinking Heaven, the Resurrection, and the Mission of the Church (New York, NY: HarperOne, 2008), 284.
Ik herken dit vaker in mijn leven. Ik doe verkeerde zaken en besef dit, maar hoe vaker ik ze doe, hoe meer ik mezelf begin goed te praten. Het is bijna alsof mijn zonde plotseling iets goed wordt. En dat is nog veel erger dan het zondigen zelf, want in dat geval zul je je niet meer tot God keren.
Ethisch handelen – en dan heb ik het over een volkomen ethisch handelen – gaat gepaard met een complete verandering van mentaliteit. Het begint met fout ethisch handelen een juiste plaats geven en op geen enkele manier een verantwoording daarvoor zoeken. Ik heb nog veel te leren.
Leave a Reply